De studie ‘Een veilige plek’ gaat over de groepsschuilplaatsen in de Hollandse Waterlinie binnen de gemeente Stichtse Vecht. In 1939-1940 zijn er langs de hele waterlinie zo’n 580 gebouwd. Ongeveer 40 daarvan staan in de gemeente Stichtse Vecht. Ze maken deel uit van de versterkingen die in aanloop naar WOII aan de waterlinie werden toegevoegd. De groepsschuilplaatsen zijn de meest tastbare en zichtbare objecten van deze versterkingen. Maar het verhaal erachter is bij vele onbekend. De gemeente Stichtse Vecht en de Provincie Utrecht willen met deze studie het verhaal van de groepsschuilplaatsen en de laatste bouwfase van de waterlinie vertellen en daarmee ook de waardering voor deze “betonnen kolossen” vergroten.
Visie
De linie 1939-1940 bestond kort gezegd uit inundatievelden met daarachter loopgraven mitrailleursnesten, koepelkazematten en groepsschuilplaatsen. De groepsschuilplaatsen functioneerde als veilige onderkomen waar je kon schuilen bij beschietingen. Om ze voor de vijand verborgen te houden lagen ze gecamoufleerd in het landschap. De inundatievelden zijn weer polders, de loopgraven zijn weg en koepelkazematten zijn of opgeblazen of onder het maaiveld verdwenen. Wat nog aanwezig is, is de veilige plek, de groepsschuilplaats. Soms verborgen achter beplanting soms prominent zichtbaar in het weiland.
Maatregelen
Een beperkt aantal groepsschuilplaatsen is aangewezen als zogenaamde highlight. Hier is het mogelijk om het verhaal van de linie van 1939-1940 en kenmerkende ligging te vertellen. De overige schuilplaatsen blijven als relict van de linie in het landschap liggen.
In de studie worden verschillende voorstellen gedaan waarmee de groepsschuilplaatsen en de linie van 1939-1940 zichtbaar gemaakt kunnen worden:
- Wegdek-nagel
- Linievitrine; is een vitrine met informatie maar ook zicht op de binnenkant van de schuilplaats
- Voorbeelduitwerking van de groepsschuilplaats Machinekade
- Voorbeelduitwerking fort Tienhoven