Een verborgen waterlinielandschap met parkeerplaats.
We ontvingen voor dit project in 2012 de Internationale A’design Award.

In opdracht van het projectbureau Nieuwe Hollandse Waterlinie en de Provincie Utrecht heeft Parklaan een ontwerp gemaakt voor de hoofdentree voor het Nationaal Centrum Nieuwe Hollandse Waterlinie (en Limes). De belangrijkste opgave was de vormgeving van een parkeerplaats voor 250 auto’s en een logisch routing naar fort Vechten.
De opdracht was een pilot ten aanzien van ‘cradle to cradle’ . Paul de Kort,beeldend kunstenaar, was lid van het ontwerpteam. In samenwerking met BAM wegen en andere ketenpartners is een inrichtingsplan opgesteld waarbij zowel het landschapsontwerp als het materiaalgebruik zoveel mogelijk voldoet aan het cradle to cradle principe.

Fort Vechten wordt gerestaureerd en omgevormd naar het Nationaal Centrum Nieuwe Hollandse Waterlinie. De nieuwe entree ligt aan de zuidzijde van het fort van langs de Achterdijk in Bunnik. In de verkennende fase van het project zijn drie modellen ontwikkeld voor de vormgeving van de parkeerplaats en het entreepad naar de nieuwe entreebrug. Het model miliaire orde werd gekozen.
Het model is uitgewerkt in een definitief ontwerp. Het centrale thema bij het ontwerp was het verborgen militair landschap van de Nieuwe Hollandse Waterlinie. De militaire landschappen van de waterlinie zijn vrijwel onzichtbaar. Forten lijken op afstand bosjes, inundatievelden zijn gewone weilanden met koeien en gedekte wegen zijn eigenlijk gewone beplante wegen. Elementen waaraan we de militaire landschappen herkennen zijn elementen als de bunkers en kazematten, drakentanden en tetraëders.


De entree is vormgegeven als een verborgen militair landschap. Als er geen auto’s staan is er een groot weiland met ooievaarsnesten, een betonpad, een grid van betonpaaltjes en reeksen tetraeders. De weg en parkeervakken zijn gemaakt van gras-gridtegels, waardoor ze weg vallen. Veel gebruikte stukken zijn ingestrooid met gebroken baksteen. De tetraeders en parkeertegels markeren de parkeerstroken en -vakken en zijn speciaal voor deze plek ontworpen, maar kunnen in de hele Nieuwe Hollandse Waterlinie worden gebruikt. De vorm en het materiaal zijn afgeleid van echte anti tankelementen en fortenpaaltjes. De fietsenstalling bestaat uit een raster van hergebruikte betonnen rasterpaaltjes die kenmerkend zijn voor de weilanden rond de forten.

Wat is er nu zo cradle to cradle aan het plan? In principe is het natuurlijk zo dat landschapsarchitecten altijd proberen een ontwerp te maken dat geen nadelige invloed heeft op bodem en grondwater en goed past in de omgeving. In dit specifieke geval is daar extra opgelet. Dit komt ook omdat de parkeerplaats opeen archeologisch monument ligt. De parkeerplaats ligt als het ware op het huidige maaiveld en laat de ondergrond ongemoeid. Water infiltreert zowel door de gras-gridtegels als de speciale fundering. De parkeerplaats is in principe zonder dat de ondergrond is veranderd te verwijderen, materialen kunnen worden hergebruikt.
Naast de aandacht voor bodem, water en landschap zijn er nieuwe producten ontwikkeld door aan aantal ketenpartners. Daarnaast is het de bedoeling dat door de ketenpartners zowel de productie als het hergebruik organiseren.

Het materiaalgebruik is natuurlijk belangrijk bij de Cradle tot Cradle gedachte;
De weg en parkeerplaatsen bestaan uit gras-gridtegels meteen DUBO certificaat, milieukeurmerk. De tegels, die voor 50% uit hergebruikt beton bestaan, kunnen op een eenvoudige manier worden hergebruikt of verwerkt tot een nieuw product. Het grid dat tussen in de grasstenen is gestrooid bestaat niet uit gebroken natuursteen maar uit gebroken oude baksteen. Dus geen natuursteen uit verre landen, maar hergebruikt bouwmateriaal.

Het legpatroon van de gras-grittegels vormt de basis voorde verdeling in parkeerstraten en -vakken. Het is zo ontworpen dat het zaagwerk tot een minimum kan worden beperkt. Dus ook tijdens de bouw is de CO2 uitstoot geminimaliseerd.
De fundering bestaat voor 100% uit ReBea stone. Dit is gerycled spoorgrind van Bonder recycling en overslag.
Tetraëders en parkeernummertegels zijn gemaakt van restbeton dat aan het eind van de dag in de installatie over is, en anders vaak weg gegooid wordt.
Het entreepad bestaat uit ViaVerde (duurzaam beton) waarbij vrijwel geen cement maar secundaire producten zoals vliegas en ReBea wordt gebruikt. Dat spaart het Limburgse landschap. Dit beton is CO2neutraal. De producent van het beton, (van Nieuwpoort) heeft een CO2 neutrale installatie door o.a. het gebruik van zonne- en windenergie.

Het beton van het entreepad heeft een roodbruine een kleur. Dit is geen chemische kleurstof maar is ontstaan door het pad af te strooien met ijzerzand(afvalproduct). Het ijzerzand roest en geeft kleur af.
De fietsenstalling bestaat uit en grid van hergebruikte betonnen afrasteringspalen,die kenmerkend zijn voor de omgeving van forten en ook op dit weiland stonden.
De verlichting is geminimaliseerd, twee grote masten in plaats van veel lage paaltop armaturen. Het licht gaat alleen aan als er bezoek is. Het is de bedoeling op het fort zonnecollectoren te plaatsen die voor de energievoorziening zorgen. De lichtkleur is afgestemd op de vele vleermuizen die bij het fort voorkomen. Langs het wandelpad naar de entree is gebruikgemaakt van glasspots hoh 5 mtr zonder armatuur met 1 LED lampje.

Er zijn geen verkeersborden geplaatst voor bv fiets parkeren, invalide parkeren, de bussen en rijrichting rotonde. Dit scheelt veel metaal. Aanduidingen zijn ophet beton geverfd met de voor de waterlinie kenmerkende kistletter.

De beplanting wordt in Nederland gekweekt en is van een bekende herkomst.
Er is gewerkt met een vrijwel gesloten grondbalans.
Het ontwerp is in 2011 door BAM wegen vertaald naar een technisch uitvoeringsplan. Parklaan verzorgde de supervisie. De uitvoering is in januari 2012 gestart en in oktober 2012 afgerond.